Tranen van Boron

((Thenaka, vrolijk? Wat een aangename verandering ))

oc: koen breng je ons richting burcht?

Jullie staan voor de kamer van Dextrod. Een bediende laat jullie binnen.
Dextrod zit druk te ijsberen in een kleine ruimte, waarvan de beschrijving Andergastisch (spartaans) eufimistisch zou zijn. Een van de machtigste mannen van het keizerrijk heeft enkel een houte strooien bed, en een bureau dat vol ligt met perkamentrollen.

Als de man jullie ziet, loopt hij direct naar jullie toe. Hij begroet jullie met een glimlach: "Schandalig he, wat ze van een man van mijn leeftijd verwachten, leven in zulke barre omstandigheden". De glimlach verdwijnt van zijn gezicht "Helaas zijn het minstens zo'n barre tijden. Agenten, breng rapport uit."

Met deze woorden gaat hij op een driepoot zitten voor zijn bureau, en hij wacht af. De tijd van grappen is voorbij, hij staat terug voor jullie zoals jullie hem kennen, hard en koud als ijzer.

"Natuurlijk." Met een handgebaar geeft hij aan dat Shikijō buiten moet wachten en doet de deur achter zich toe. "Eerst en vooral moet ik meedelen dat Wolfjin gesneuveld is tijdens onze tocht naar de sikkel. Ik weet niet of je het weet maar we zijn naar Keranvor geweest omdat we een Praios gewijde volgde die door de Heraut, de donkere gewijde, was weggestuurd. Ik wist al meteen dat er iets niet pluis moest zijn omdat er geruchten waren dat Keranvor gebruikt kon worden om het ritueel om die grifioenen in kirvalken te doen veranderen. Om een lang verhaal kort te maken hebben we ervoor gezorgd dat de magiër die verantwoordelijk was hier niet in slaagde. Ook hebben we Oberon weten te bevrijden die dreigde gedood te worden in dit zelfde duivelse ritueel. Het enige probleem nu is dat de burcht die als verdedeging gelde leeg staat. De graaf en zijn soldaten zijn dood. " Even pauzerend om adem te nemen keek hij Dextrot aan.
"Goed nu terzaken. Je weet uiteraard al dat er een leger ondoden onderweg is. Een ruwe schatting van 4000 ondoden en 1000 levenden. Het leger is niet geschikt voor een belegering maar wel om alles rondom deze stad tot as te verbranden. Het leger dat op ons af komt is afkomstig van twee Heptarchen, galotta en de die ondode draak. Het leger wordt door twee magische banieren in staande gehouden, als we die weten te vernietigen vallen ze uit elkaar, dit is wel volgens Kareja zo." Voor een tweede maal pauzeerde hij even om alles door te laten dringen bij Dextrot. Thenaka probeerde de oude man te doorgronden maar voor de zooveelste maal lukte het hem niet om maar enige emotie waar te nemen.
"Nu een derde en vierde ding. Dit is Daan." Zegt Thenaka wijzend naar de granswachter. "Hij is een grenswachter in een van de beste boogschutters die ik in mijn leven heb gezien. Daan heeft ons geholpen in keranvor." Zonder op antwoord te wachten wandeld hij richting de deur en doet die open om Shikijō binnen te laten.
"Dit is Shikijō, een lid van de Tranen van Boron. Ze werden gebruikt door mijn vader omdat hij hun Sensei was maar nadat ik hem verslagen heb werd ik hun Sensei. Ze zijn verantwoordelijk voor het roven van het keizerlijke graf in Gareth en andere dingen." Even wou hij beginnen over de plannen voor de moord op Rohaja maar bedacht zich. "De Tranen zijn nu aan het verzamelen en als het goed is zijn ze terug voordat het leger hier is."

Daan wordt overrompeld door Thenaka's woordenvloed, hij herkent in Nemrod een man over lijken gaat, en alles al heeft gezien wat gezien kan worden, hij neemt aan dat het wijselijk is om zijn mond te houden tot er tot hem wordt gesproken.

"De gebeurtenissen overspoelen ons. Donkere wolken hebben zich verzameld over het keizerrijk." Dextrot haalt een kleine edelsteen (12 Dk) uit zijn beurs. "Offer dit voor Wolfjin in de BORontempel. Het stemt me altijd droef een trouwe agent te verliezen.
Hij wist mischien nooit wanneer hij zijn mond moest houden, en van finisse kende hij evenveel als een dronken thorwaler."

Een glimlach verschijnt op zijn oude, gerimpelde gezicht, "emaar hij had zijn hart op de juiste plek, en dat is meer dan sommige Praioten kunnen zeggen." Als een donkere wolk vertrekt zijn gezicht terug "Teveel goede mannen en vrouwen gaan de komende dagen sterven. Niet allen zullen het geluk van een begrafenis kennen.

Emer heeft de troepen samengeroepen. 6000 zwaarden staan klaar om het hart van het keizerrijk te beschermen. Dit betekent dat we een kleine numerieke overmacht hebben, maar onze tegenstander mag niet onderschat worden. Ze beschikken over zwarte magie, demonen, en vele onder ons zijn groentjes die nog nooit de gruwelen van de nederhellen in de ogen hebben gezien.

Er is zoveel te bespreken, en zo vervloekt weinig tijd. Vertel me later over die Oberon waarover je spreekt, maar nu hebben we geen tijd voor legendes. Realiteit heeft me deze ochtend nogal hard uit mijn bed gegooid.

Het feit dat er een magiër bezig was met omvormen van grifoenen naar kirvalken is op zijn minst verontrustend. Dit is een aanval op schaal dat we niet meer hebben gezien sinds borbarad." Tot jullie verbazing slaat Dextrot een Praioszon, en huivert.

"Die burcht interesseert me niet. Daar zat, voor zover ik me herinneren, enkel een incompetente oude graaf. Ik heb hem daar ooit heen gestuurd als straf. In een ander leven. De burcht verdedigd niet langer iets, het waren de griffioenen die de burcht verdedigden. En dat zij gefaald zijn, moet ons zorgen scheppen. Is er nog iets anders dan zorgen in deze wereld?

Ik heb voor jou en je vrienden kamers laten klaarmaken in de burcht. Jullie zijn geen gewone soldaten, jullie zullen je rust nodig hebben. Er staan zware tijden aan te komen."

Dextrod is tot aan zijn raam gelopen, en kijkt naar buiten, met zijn rug naar jullie.

"Laat me deze informatie verwerken, en kom morgen terug bij mij, rond dit uur. Dan hoop ik meer informatie te hebben. Rohaja is ook verwacht rond die tijd, mischien heeft zij nieuws, of troepen... en ik weet niet welke we het meeste nodig hebben. Heb je nog iets te melden agent?"

"Ja." Huiverend neemt hij adem voordat hij verder praat. "Twee ding..." Nogmaals neemt hij trillend adem. Het is duidelijk aan Thenaka te zien dat hij moeilijkheden heeft het te zeggen. "Vergeef me Dextrot, maar ik heb uit angst twee dingen niet vermeld. Ik zie nu in dat ik hierin niet juist heb gehandeld. Beloof me echter dat je me laat uitspreken, daarna mag je beslissen wat je met mijn leven wenst.
Een man genaamd Ferdok is in de stad, Ik weet niet waarom, maar ik mijn vermoedes. Hij is met ons naar hier gekomen, hij is een gevaarlijk man. Daarom heb ik dit verzwegen omdat ik doodsbang van de man ben, ik sta nog liever tegenover demon... Het probleem is dat ik niet weet hoe sterk hij is, en daarom heeft mijn Nachtwind zijn bloed nog niet gedronken. Hij is een Naamloze gewijde... mijn vermoede is dat het met het zwaard te maken heeft dat we onder de burcht gevonden hebben. Een kwaad zwaard ik denk dat het van demonische makelij is... Maar maak je geen zorgen want het is nog steeds in de handen van Dawn of iemand anders van het gezelschap."

Even pauzeert Thenaka om het opstapelnde slechte nieuws door te laten dringen bij Dextrot. "Het tweede is dat... dat mijn vader, de vorige sensei van de tranen, voor Galotta werkte. Maar dat wist je waarschijnlijk al wegens ze het lichaam uit het keizerlijke graf hebben gehaald... Door zijn misleiding heeft hij enkele van de Tranen opgedragen het leven van Rohaja te nemen." Thenaka's ogen vullen zich met tranen. "Ik heb onmidelijk Anji en Saizuchi erop uitgestuurd met het bevel de moordaanslag af te lassen en terug te verzamelen. Ze werden misleid, ik smeek je om de Tranen van Boron niet voor de daden van mijn vader te straffen. Als je vergelding wil.." Bij deze woorden knield Thenaka en trekt zijn verborgen nachtwind (die kleine die ik heb laten maken) van achter zijn rug en legt die voor hem op de grond. "Neem mijn leven dan want ik ben van den zelfde bloede als mijn vader." Met gebogen hoofd blijft Thenaka op beide knieën zitten.

Dextrod legt zijn hand voorzichtig op het vlijmscherpe lemmet, en duwt het weg van Thenaka. "Doe niet dwaas, agent. Ik heb je al zien vechten. We kunnen het niet permiteren om mannen als jou te verliezen. Hoe ironisch het ook moge zijn, het lot van het keizerrijk moge wel eens op de schouders van een Maraskaan vallen.

Niemand kan jou verantwoordelijk achten voor de misdaden van je vader, en hij heeft zijn verdiende straf gekregen. En wat zij betreft", Dextrod wijst met een knokkige vinger naar Anji, "zei zullen voor een rechtbank moeten komen, maar voor al die onzin hebben we nu geen tijd. Als jij voor hun instaat, als ik jou woord heb, ben ik al te blij om hun zwaarden te aanvaarden."

Dextrod buigt zich naar Thenaka toe, pakt hem aan zijn schouders vast, en trekt hem naar boven, "en trouwens, mijn vriend, er moet nog gedansd worden met de dood. Alleen dit keer zal je dans anders heten: 'de dans van het leven'. Want wat wij spoedig gaan doen, mijn agent, mijn vriend, is het hart van het kwaad, uit zijn borst rukken."

Dextrod grinkt "nuja, voorzover ze een hart hebben, die skeleten. Eneum, je wilt de dag toch niet missen dat Dawn het goedkeurd dat je je zwaard trekt". Knipoogt de grijsaard.

Wat betreft die Ferdok, enig idee waar ik hem kan vinden? Waar is hij nu? Een naamloze geweide is inderdaad onheilspellend nieuws. Het laatste wat we nu kunnen gebruiken is een vijand binnen onze eigen muren. En ik wil dat zwaard zien, zo snel mogelijk."

"Wel voor zover ik weet is Ferdok door de Praioten gearesteerd, hij stond er op dat we het deden. Wat Dawn met det zwaard gedaan heeft weet ik echter niet zeker, maar ik weet dat ze naar de Praioten zijn gegaan toen we aankwamen, dus haar kennende haaft ze het daar afgegeven."

"Mmmm, ik zal wel een van mijn agenten poolshoogte laten nemen. Je kan echter zeggen van Praiospriesters wat je wilt, maar ze weten wat ze moeten doen om de krachten van het kwade in te dammen.
Mischien is het beter zo, laat zij maar zorgen voor die Ferdok. Wij hebben hetere kolen uit het vuur te rapen.
Waar is Dawn trouwens?"

"Geen idee, het laatst dat ik haar zag was gisteren toen ze naar de Praioten ging Verder weet ik niet wat ze aan het uitspoken is." Thenaka bukt zich en raapt zijn zwaard op en steekt het terug achter zijn rug waar het uit het zicht verdwijnd. "Dextrot, voordat ik vertrek mag ik dit nog vragen? Zijn de geruchten waar dat het emotioneel niet goed gaat met Leomer?"

" Ik weet waar Dawn is, nadat we naar de Praioten zijn geweest zijn ik, Dawn en Kareja naar de Rondratempel geweest, om het voorvalletje te regelen, nadien is Dawn naar de Tsa-tempel gegaan, iets over bidden."

"Ze zal wel terugkomen, dat doet ze immers altijd. Maar vertel eens Daan, wie ben jij juist? Waarom zou ik je vertrouwen met staatsgeheimen? Waarom volg jij deze man" hij wijst naar Thenaka, "of hoor je bij die tranen van boron?"

"Ik was grenswachter in een kleine burcht in Bornland, nabij de grens met de Zwarte Landen, het is aangevallen geweest, mijn heer werd weggevoerd en ik ben achter hem aangegaan, door de Zwarte Landen, tot aan Galissië, ergens ben ik het verkeerde spoor gevolgd, en mijn heer en vriend ben ik waarschijnlijk kwijt." Daan's stem stokt, hij heeft het nog altijd moeilijk met het feit dat hij zijn vriend tekort heeft geschoten. "Dicht bij Galissië kwam ik Thenaka tegen, hij was zijn vrienden kwijt en vroeg of ik kon helpen, ik ben ze gevolgd en uiteindelijk de groep in gerold."
Daan denkt diep na, na een korte pauze:
"Ik zou graag de Zwarte Landen laten boeten voor wat ze mijn heer hebben aangedaan."

(oc: Koen, antwoord hierop? xD Ik zou graag de rest van de week ook nog snel proberen uit te spelen, maar moet dan wel eerst dit afsluiten :-) )

Zal morgen tijdens de sessie moeten. Probleem was dat ik Dawn bij het tweede gesprek wou krijgen, maar dat is helaas niet gelukt.

@koen:
Buiten de twee die ik naar Gareth gestuurd heb om Emer te waarschuwen zijn er nog andere die de slag in Werheim overleeft hebben en Gareth hebben kunnen bereiken?

Er zijn er nog zes in leven. Ze zijn momenteel de daken en riolen aan het verkennen op eventuele gaten in de verdediging.
Leomer heeft een boodschap op je kamer achtergelaten, waarin hij zegt dat hij je mannen heeft "geleend" om te zoeken naar eventuele spionnen in de stad. Hij hoopt daarmee akkoord te gaan, indien niet, wilt hij je hier over ontvangen op zijn kantoor.

Ik vind dit geen probleem, maar ik zou'm toch nog wel willen spreken.

Leomar zijn bezoekje: https://dsauge.actieforum.com/algemeen-f26/leomar-bespreking-met-thenaka-t370.htm#3732

Koen, de dag voor de slag stuurt Thenaka 4 van de 6 overblijvende Tranen weg ,Sojïro met drie anderen. Sanosuke en Hanya blijven achter in Gareth. Het is gewoon iets wat te belangrijk is voor Thenaka. Waarschijnlijk is het nuteloos maar het moet gewoon gedaan worden.

Thenaka neemt Sojïro appart en zeg hem. "Hafax is nimmer in Maraskan mijn vriend. Doe wat gedaan moet worden, veel tijd heb je niet. Contacteer het verzet, overtuig hen ten strijde te trekken. Nu dat dat zwijn hier zit hebben ze daar een grotere kans op slagen."

De mannen nemen hun boodschap dapper aan, en beloven plechtig om zo snel mogelijk naar Maraskan te trekken voor het verzet.
Sanosuke en Hanya naar hun orders in Gareth.

sanosuke is tijdelijk eventjes bij ons =D

ja, ik weet't dit gebeurd nadat jullie terug zijn.